Ondervindt betekenis

der·v i n·den (ondervond, heeft ondervonden) 1 ervaren, meemaken: hinder ondervinden van iets er last van hebben ; iets aan den lijve ondervinden zelf. ONDERVINDEN - English translation of ONDERVINDEN from Dutch from the Dutch-English Dictionary - Cambridge Dictionary.
Ondervindt betekenis Burn-outs zijn tegenwoordig beroepsziekte nummer NRC meldt dat meer dan 14 procent van de werknemers jaarlijks burn-outklachten ondervindt. [1] Daar ondervond ik voor het eerst hoe verslavend lopen kan zijn. [1] Volgens het onderzoek ondervinden tussen de en Nederlanders ernstige hinder van verkeerslawaai. Ze zijn boos en.
ondervindt betekenis

Ondervinden synoniem

ondervinden. als trefwoord met bijbehorende synoniemen: ondervinden (ww): ervaren, onderg aa n, beleven, lijden, leren, meemaken, opsteken, doorleven, gewaarworden, gevoelen ondervinden (ww): ontvangen, verkrijgen. Vervoegingen: heeft ondervonden () erbij zijn als het gebeurt en merken welke gevolgen het heeft Voorbeeld: 'Alle winkeliers ondervinden nadeel van de opgebroken straat.' Synoniemen:: meemaken, bele Gevonden op
  • Ondervinden synoniem Synoniemen en analogieën voor "ondervinden" in het Nederlands, gegroepeerd op betekenis.
  • ondervinden synoniem

    Ervaren betekenis

    1) •iets beleven. (2) het op een bepaalde manier voelen vb: wij ervaren dat als onplezierig Synoniemen: beleven ondervinden (3) wie het vaak gedaan h. v a ·ren (ervoer of ervaarde, heeft ervaren) 1 leren of gewaarworden door dingen mee te maken ; = ondervinden: hoe heb jij de bijeenkomst ervaren? ; iemands gedrag als beledigend ervaren 2 vernemen: ik heb het via hem ervaren 2 er·v a ·ren (bijvoeglijk naamwoord) 1 bekwaam door ondervinding. Ervaren betekenis ervaren - English translation of ervaren from Dutch from the Dutch-English Dictionary - Cambridge Dictionary.
    ervaren betekenis

    Meemaken betekenis

    ma·ken Vervoegingen: maakte mee ( enkelv.) Vervoegingen: heeft meegemaakt () erbij zijn als het gebeurt Voorbeelden: 'Ik heb ervan gehoord, maar ik heb het nooit zelf meegemaakt.', 'Ze is nog jong, maar ze heeft al heel wat meegemaakt.'. ma·ken (maakte mee, heeft meegemaakt) 1 beleven: hij heeft heel wat meegemaakt 2 bijwonen: dat zal ik niet meemaken! als dat doorgaat, doe ik niet meer mee.
    Meemaken betekenis meemaken. overgankelijk iets ~: getuige zijn van een gebeurtenis; beleven van een gebeurtenis Jij hebt de oorlog niet meegemaakt. Wij vonden 25 kilometer per dag al prima, terwijl jullie nu ruim 40 kilometer per dag doorjakkeren. Neem toch de tijd, zoiets maak je maar een keer in je leven mee. Het heeft me nooit losgelaten na al die jaren.’ [1].
    meemaken betekenis

    Voelen betekenis

    voelen • [ov] gewaarworden door aanraking, meestal met betrekking tot temperatuur of druk. • [refl] "zich ~" een bepaald gevoel hebben. Gevonden op voelen. to feel (by touch) to feel, to experience a feeling; to feel, to have an opinion; to see, to understand. Voelen betekenis voelen. overgankelijk gewaarworden door aanraking, meestal met betrekking tot temperatuur of druk Ik voelde dat de bal hard tegen mijn achterhoofd aanvloog.
    voelen betekenis